afb.
Ze sterven uit, BVV’ers die nog kunnen getuigen hoe Charles Jackson BVV in 1948 naar de landstitel loodste. Vanaf 1934 is hij ruim een kwart eeuw als trainer actief voor de Bossche club - met een mixture van militaire tucht en vaderlijke liefde. Zijn successen en autoriteit maken hem onaantastbaar. ‘Jackson voelde zich ook wel de oudste zoon van Onze Lieve Heer.‘ Wat beweegt Charles Henry Jackson als hij in september 1929 neerstrijkt bij Velox, in die tijd de tweede club van Utrecht, de club waar het Zeeuwse oorlogskind Willem van Hanegem in 1962 tot het betaald voetbal zal doordringen? Is Charles Jackson op zijn 28ste ook zo’n avonturier die het spoor volgt van een leger Engelse voetbaltrainers. Als profeten uit het ’beloofde land’ doorkruisen ze het vasteland van Europa. Dawn Peer-Jackson (1945) heeft wel eens gehoord wat haar vader, als vrijgezel nog, naar Nederland leidde, waarom hij daar de leer van het Engelse voetbal ging verkondigen. Maar: ‘Ik heb slechts vage herinneringen aan wat mijn vader en moeder en andere familieleden mij hebben verteld. De grootouders van mijn vaders kant zijn overleden toen ik nog erg jong was. Ik moet het geweten hebben, lang geleden, het is me ontschoten. Details kan ik niet meer delen’, bekent zijn enige nazaat die in 1967 plotseling haar vader verloor. Charles Jackson (1900-1967) is 66 jaar als hij op de ochtend van zaterdag 4 februari 1967 thuis in Whitley Wood, Reading, even ten westen van Londen, wordt getroffen door een zware hartaanval. Diezelfde dag nog overlijdt hij in het Royal Berkshire Hospital in Reading. Nog altijd reageert Dawn emotioneel op herinneringen aan haar vader. ‘Hij was nog zo fit, daarom was het zo’n verschrikkelijke klap voor mijn moeder en mij.’ Het voetbalverleden van haar vader zweeft bij haar voort in mistige flarden. Zijn dochter kan niets teruglezen, niets terugzien, niets terugvinden van de lange, succesvolle trainerscarrière die Charles Jackson in Nederland beleefde. ‘Alle plakboeken, souvenirs, foto’s en andere herinneringen zijn verloren gegaan bij een brand. Als ik aan bepaalde gebeurtenissen word herinnerd, komt er wel iets naar boven. Voor zover ik weet, moet hij een goede voetballer zijn geweest, maar ook een goede golfer. Hij koos voor voetbal.’ Volgens zijn huwelijksacte is Charles Jackson ‘sportsmaster’ van beroepHet voetbal bezorgt hem roem; niet in Engeland als speler, wél als trainer in Nederland. Met het Amsterdamse DWS doorbreekt hij (tijdelijk) de suprematie van Ajax in de hoofdstad. Bij BVV bereikt Charles Jackson een status die hem lange tijd vrijwel onaantastbaar maakt. Hij brengt structuur in de club en legt de basis voor een succesvolle jeugdopleiding. Zijn overtuigingskracht inspireert bestuursleden tot inspanningen die het beste mogelijk maken voor het eerste elftal. Vanaf medio 1934 tot eind september 1960 is Jackson actief bij BVV, onderbroken door de Tweede Wereldoorlog die hem terug naar Engeland dwingt. Snel daarna volgt de oogst met drie districtstitels op rij en het landskampioenschap van 1948 als bekroning.De betekenis van Charles Jackson komt in oude kranten en tijdschriften slechts mondjesmaat naar voren. Voetbaltrainers zijn tot diep in de jaren zestig van de vorige eeuw nog niet de media-gehypte personages van nu. Ze krijgen weinig aandacht in de krant, hun opvattingen worden vrijwel nooit geciteerd. In het Nederlandse amateurvoetbaltijdperk wordt de opstelling nog gemaakt door de elftalcommissie waarin persoonlijke voorkeuren de boventoon voeren. De trainer is er voor de oefenstof, meestal op kille avonden, onder een zwak schijnsel, of in de gymzaal als het te koud is geworden. In welke mate zijn stem door mag klinken in de opstelling ligt besloten in de geheimen van de bestuurskamer. De rol bij wedstrijden beperkt zich goeddeels tot een meestal mentaal geladen speech, een massagebeurt, veel toekijken en een enkel oppeppend adviesje tijdens de thee. Spelers worden alleen vervangen als ze zwaar geblesseerd zijn. ‘Sportsmaster’ is Charles Jackson van beroep volgens zijn (Britse) huwelijksacte van 6 juni 1934. Hij is dan inmiddels vijf jaar in Nederland actief. Hoe en waarom hij in 1929 als oefenmeester bij Velox verzeild raakt, is niet te vinden in de jubileumboeken van Velox, DWS en BVV of in de schaarse krantenartikelen waarin hij wat uitvoeriger dan terloops wordt genoemd. Ook in een persoonlijk artikel in het jubileumboek BVV 1906 - 1946 geeft Jackson niet aan waarom hij zijn toekomst in Nederland heeft gezocht. ‘Een van de beste halfspelers van Engeland’ - bij welke club dan wel?Wáár Charles Jackson zelf heeft gevoetbald, blijft duister. In een enkele krant wordt hij weliswaar opgevoerd als ex-prof van het Schotse Aberdeen FC, maar in de archieven van deze club is niets van hem terug te vinden. Volgens Britse documenten is Jackson op 11 augustus 1900 geboren aan de Napier Road in Bromley, een voorstadje van Londen. In Nederlandse registers staat 12 augustus 1900 vermeld als geboortedatum. Zijn vader, Henry Charles Alexander Jackson, is ’general labourer’, zeg maar ‘algemeen arbeider’. Moeder Johanna Jackson-Nightingale werkt als postbode.In het boek van BVV noemt Jackson zijn vader ‘een van de beste halfspelers van Engeland’. Waar hij dan wel speelde in het Britse beroepsvoetbal, krijgen we niet te lezen. De bewijzen daarvan ontbreken. In een database met 44.000 Britse voetballers komt geen voor de hand liggende Jackson naar boven. Senior noch junior. Vast staat wel dat vader de liefde voor het voetbal heeft meegegeven aan zijn zoon. In plechtstatig Nederlands vertelt Charles Jackson daarover in BVV’s jubileumboek van 1946: ‘Vanaf mijn prille jeugd is het voetbal steeds een deel van mijn leven geweest, misschien was ik gelukkiger dan de meeste jongens. Acht jaar oud begon ik reeds serieus te trainen, en deze opleiding ging zo jaren voort, onder een van de beste halfspelers van Engeland in zijn tijd, mijn vader, die nu, 76 jaar oud, nog regelmatig iedere week de wedstrijden volgt. Toen ik zestien jaar was, speelde ik in de eerste klasse amateurs-afdeling, en op achttienjarige leeftijd werd ik professional. De oorlog 1914-1918 ruïneerde mijn loopbaan als professioneel voetballer. Ik kreeg een verwonding aan het hoofd, en, hoewel ik nog een aantal jaren doorspeelde, moest ik toch, naar het advies der doktoren, het spelen in competitieverband staken, daar ik na iedere wedstrijd tijdelijk blind werd ten gevolge van het koppen van de bal’, schrijft Jackson - zonder club(s) te noemen. Charles Jackson put zich in BVV’s jubileumboek uit in respect voor de club die hem na de Tweede Wereldoorlog snel terugroept naar Nederland. BVV adoreert Jackson als een grootheid uit het Britse voetbal. BVV is trots op zijn trainer, die geniet van de waardering die hem in Nederland ten deel valt: ‘Het heeft me nooit gespeten naar uw land gekomen te zijn, om u te trainen, en mijn steentje bij te dragen aan de verhoging van het spelpeil; ik ben er trots op te kunnen zeggen dat wij in beide geslaagd zijn. Vijftien jaren heb ik nu in Nederland doorgebracht en ieder jaar van mijn verblijf hier is voor mij een vreugde geweest.’ Britse trainers verbinden zich aan meer dan één club, veelal uit financiële noodzaakDe Nederlandse avonturen van Charles Jackson beginnen in september 1929 bij Velox, dat in het voorafgaande seizoen als zesde is geëindigd in een van de vele tweede klassen in het dan nog over vijf districten verspreide Nederlandse competitiebestel. Velox sluit het eerste seizoen onder Jackson af op de derde plaats waarmee het dan de hoogst genoteerde club van Utrecht wordt. Een jaar later gaat Jackson ook aan de slag in Schiedam bij eersteklasser Hermes DVS en bij tweedeklasser DWS in Amsterdam-West. Zo’n combinatie is niet ongewoon. De tientallen Britse trainers in Nederland verbinden zich in de meeste gevallen aan meer dan één club, veelal uit financiële noodzaak. Zo zal ook Charles Jackson lang te werk gaan. Pas in 1953 stopt hij met het trainen van een tweede club, TOP in Oss, waar hij nog één avond per week actief was, later op de avond na eerst bij BVV te hebben getraind.Jackson is succesvol bij DWS, in de jaren dertig. Hij runt bij de club van Amsterdam-West een zogeheten Jackson-school waar jeugdige spelers hun talenten kunnen ontwikkelen. Jackson kopieert daarmee de Reynolds-school, waarmee Ajax-trainer Jack Reynolds, eveneens Engelsman, waardering geniet in Amsterdam-Oost. In 1934 gaat het kampioenschap in de tweede klasse gepaard met promotie. Jackson stoot met DWS vervolgens meteen door naar het kampioenschap van de Eerste Klasse West II. Het is het eerste succes op het hoogste niveau van de Amsterdamse club, die in 1964 met Rinus Israel als centrale verdediger en Frank Leslie (Les) Talbot (1910-1983) als (Engelse) trainer rechtstreeks vanuit de Eerste Divisie landskampioen wordt en waar nog later Ruud Gullit en Frank Rijkaard zullen ontluiken. In het door de klassieke clubs en regenten beheerste Nederlandse voetbal van 1935 wordt het kampioenschap van de Amsterdamse volksclub koeltjes ontvangen. DWS oogst op de triomftocht weinig sympathie met een systeem dat in Nederland nog vrij ongebruikelijk is en vooral als ongewenst wordt beschouwd. Jackson heeft namelijk gekozen voor het stopperspil-systeem, de speelwijze die de alom geroemde Herbert Chapman met Arsenal in Engeland veel succes oplevert. De aanvallende spil is daarin vervangen door een verdedigend ingesteld middenvelder. Een defensiever systeem - met drie verdedigers in plaats van twee backs en met twee teruggetrokken binnenspelers die vanaf het middenveld opereren. Met die speelwijze, een jaar eerder in de nationale kampioenscompetitie ook al gehanteerd door KFC uit Koog aan de Zaan, krijgt DWS veel kritiek te verduren. De hatelijke bejegening in de pers van het nog jonge DWS laat Jackson én de Amsterdamse voetballiefhebbers koud, zelfs na twee nederlagen zonder te scoren in de eerste twee uitwedstrijden van de competitie om het landskampioenschap. Voor de wedstrijd tegen Ajax loopt het Olympisch Stadion, dan nog zonder tweede ring, vol met 30.000 toeschouwers. Ajax drukt pas in de slotfase door naar de winst: 0-1. Bij de volgende wedstrijd, thuis tegen Velocitas, nu voor 14.000 toeschouwers in het Olympisch Stadion, weet DWS opnieuw niet te scoren: 0-0. ‘Houd op met je W-formatie tot in ‘t bespottelijke’De magere productiviteit van DWS biedt Jo Hoven, een gezaghebbend journalist, de gelegenheid om in het weekblad Sport in Beeld/De Revue der Sporten uitermate streng te oordelen over de speelwijze die Jackson erin heeft gehamerd, ook wel W-systeem genoemd: ‘We zijn met het Nederlands voetbal glad op de verkeerde weg. Dit zoeken naar een onnatuurlijk verdedigingsstelsel maakt ons aanvalsspel steeds zwakker en lelijker. De toeschouwers blijven komen, omdat ze zich alleen voor winnen of verliezen interesseren en het de meesten koud laat hoe er gewonnen wordt. Maar zulke kampioenswedstrijden zijn toch eigenlijk ’n schande voor ons voetbal. Wij zouden het willen uitschreeuwen: houd op met je W-formatie tot in ’t bespottelijke, met je drie backs en je voorhoede van drie man, die zuiver op avontuur uit is: leer weer begrijpen dat techniek de basis van het spel is en dat niet voor niets een voorhoede uit vijf spelers bestaat.’Hoe Jackson zelf oordeelt over de prestaties en de kritiek op de speelwijze van DWS, blijft onbeschreven. Trainers krijgen in 1935 geen podium, bestuursleden en de elftalcommissie vinden zichzelf belangrijker. Bovendien eindigt DWS in de kampioenscompetitie als vijfde en laatste, royaal achter kampioen PSV en Go Ahead, op afstand van Ajax en Velocitas. Het succes van DWS blijkt evenwel geen eendagsvlieg. Ook in de daaropvolgende jaren eindigt het in de top. Na een derde en tweede plaats wordt Jackson met DWS in 1938 opnieuw afdelingskampioen, in dit geval in dezelfde klasse ingedeeld mét regerend landskampioen Ajax. ‘En Ajax, die moet zakjes plakken’, zingen duizenden supporters, met blauwzwarte clubpetjes op, bij de huldiging in de Spaarndammerbuurt. DWS is zo populair dat een week later de (overbodig geworden) thuiswedstrijd tegen Ajax in het Olympisch Stadion opnieuw 30.000 toeschouwers trekt. In de strijd om de landstitel eindigt DWS als derde achter Feyenoord en Heracles. Charles Jackson kan in 1938 met mooie rapportcijfers afscheid nemen van DWS. Onder zijn leiding is de Amsterdamse club vanuit de Tweede Klasse uitgegroeid tot een stabiele Eersteklasser met twee districtstitels op de erelijst. Tot lang na zijn vertrek blijven bij DWS goede herinneringen bewaard aan prestaties onder de Engelse trainer. Het communistische dagblad De Waarheid vertolkt die bij het veertigjarig bestaan in 1947: ‘De trainer die het meest heeft bijgedragen tot het succes van DWS was Jackson. Onder zijn technische leiding werd het beroemde achterduo Caldenhove - Van Stokken gekweekt en ook onder zijn leiding werd de eerste klasse binnengemarcheerd. Er ontstond een hechte band tussen spelers, trainer en leiding.’ ‘Voor een volle week werk zouden de kosten van een Engelse trainer voor ons veel te hoog worden’Charles Jackson verlaat DWS omdat BVV in 1938 in staat blijkt hem te verleiden tot vestiging in Den Bosch. Met instemming van DWS maakt BVV al vanaf 1934 gebruik van zijn diensten; aanvankelijk alleen op zaterdagmiddag, vanaf medio 1936 pendelt hij ook voor een training op woensdagavond naar Brabant.Sinds 1936 al probeert BVV heimelijk - buiten DWS om - elders in Brabant een tweede club voor Jackson te strikken, zodat de kosten verlicht kunnen worden. Zodoende gaat hij - nog als trainer van DWS en BVV - in 1937 tevens aan de slag bij LONGA, een E ersteklasser in Tilburg, de club voor de ambtenaren en ‘kantoormensen.’ Ook bij onder meer TOP (Oss), ODC (Boxtel) en het Bredase Hero is Jackson in de loop der jaren actief - soms wel bij vier clubs in één seizoen. Overal introduceert hij het stopperspil-systeem, door hem zelf consequent als ‘drie-backsysteem’ aangeduid. BVV benadert de collega-clubs met brieven waarvan er een uit het archief van VV Helmond bewaard is gebleven. In de als ‘vertrouwelijk’ aangemerkte brief polst secretaris Willem van Buul op 6 maart 1936 de interesse in Helmond. ‘Wij zijn voornemens voor vast een prima Engelse trainer te engageren waarvoor wij echter geen volle week werk hebben terwijl dan de kosten voor ons veel te hoog zouden worden’, schrijft Van Buul. Als BVV de deal met Jackson rond kan maken, mag Helmond voor 15 gulden plus de reiskosten voor een retourtje derde klasse met de trein, één dag per week over de trainer beschikken. ‘Zó gestaald mag Hannibal staan voor de poorten van Heidelust’BVV vangt bot in Helmond. Wél versterkt de club intussen de band met Jackson. Aan het Bossche charmeoffensief werken ook de plaatselijke kranten ruimhartig mee. Zo schrijft de Provinciale Noord-Brabantsche en ‘s-Hertogenbossche Courant (PNHC) op 15 mei 1936: ‘BVV gaat zich opnieuw voorbereiden voor het nieuwe seizoen en niet ten halve. De resultaten bereikt met trainer Jackson waren voor 't bestuur aanleiding, ondanks de grote financiële offers die zulks vragen, te trachten dezen eminente trainer meer gelegenheid te geven de spelers meerdere technische vaardigheid etc. bij te brengen en verder ook de jongere spelertjes eens onder handen te nemen.’Ook Het Huisgezin, de katholieke krant in Den Bosch, is graag bereid om Jackson te behagen. ‘Wij zien een trainer meer als een morele leider dan als een technische leermeester. De spelers moeten vóór alles een man van gezag, van leiding zien. Zo’n trainer van gezag bleek nu Jackson te zijn, de spelers vertrouwen op hem, vrezen hem op z’n tijd en ….. dragen hem op handen. En dus: Mr. Jackson, old chap, our very sincere gratulations!’, schrijft Het Huisgezin in de jubileumkrant bij het dertigjarig bestaan van BVV in oktober 1936. Al die lofzang volgt op de bewondering waarmee een redacteur van de PNHC op 18 januari 1936 over Jackson schrijft onder de kop Hannibal staat voor de poorten! Daarin constateert hij hoe volgzaam de spelers gehoorzamen aan de de militaristisch aandoende tucht van Jackson, ook in de winter bij trainingen in de gymzaal Achter de Tolbrug naast de Sint Pieterskerk in de wijk De Pijp. ‘Jackson is een pracht-atleet, 'n sportman uit het beste Engelse voetballaken gesneden. Op de trainingsavond van deze week heb ik eens om de hoek mogen loeren. Je moet namelijk weten dat behalve de patiënten (de spelers) en zijn persoontje niemand zich in de zaal mag bevinden. Schrik hebben de BVV-boys niet van Jackson. Wat ze wel voor 'm hebben is respect. Ze vliegen voor 'm. Hij behoeft maar te kikken of ze voeren z'n commando's al uit, Jackson en zijn boys zijn één brok gloeiende vriendschap. Iemand wist me te vertellen dat daarom deze avonden zo effectvol zijn. Hij geeft ze allemaal 'n portie. Zo erg, dat als 't slot van de avond daar is, ze op de vloer kunnen zwemmen. 't Is niet alleen theorie die hij opdient. Echt zoals 't moet, gelijk ’t kan, zet hij z'n knapen 't ook voor. Perfect. Daar dwingt hij respect mee af. Als d'r wel eens balorigheid is onder de klas, laat deze trainer niet met zich sollen, de zondaar kan inrukken …….. 'n volgenden keer komt zo iemand met 'n excuus en een belofte voor beterschap. Jackson pompt 't de rood-zwarten in. Van ruw spel moet hij niets hebben. „Niets mee te halen", zegt hij, „voetballen geeft winst. Het beste spel geeft de beste resultaten.” De geest van de spelers staat 'm lekker aan. „Alles kan je met deze knapen doen", liet hij aan iemand ontvallen, „want ze zijn van goede wil". De spelers trainen stevig, ontzeggen zich dagenlang voor een wedstrijd veel genot. Kruipen avond aan avond vroeg te bed. Nemen op vrijdagavond 'n extra warm bad. Zaterdagmiddag in 't gelid bij “Sjef" voor de massage. Roken verstaan ze in 't geheel niet, Toen de trainingsavond waarover ik 't had ten einde was, vormde Jackson met z'n knapen ‘n onderonsje, waar de damp afsloeg. Het gesprek liep over zondag. Er viel niets van op te vangen. Alleen strakke gezichten. Enkele spelers nam hij entre nous. Tenslotte een stevige handdruk met Jackson, waarbij alleen de ogen spraken. Hij verdween. In de zaal bleef 'n sfeer van diepe stilte. Zó gestaald mag Hannibal staan voor de poorten van Heidelust, waar 't morgen stemmig zal zijn als ware 't een generale repetitie van 'n dag, waarvan wij de nadering reeds voelen.’ ‘BVV heeft Jackson weggetroggeld uit de hoofdstad - zeer onsportief’De warme complimenten in Brabant brengen BVV en Charles Jackson dichter bij elkaar. In 1938 verkrijgt de Bossche club de financiële mogelijkheden om hem méér dan een bijbaan te bieden. Jackson vertrekt bij DWS en vestigt zich met zijn vrouw Dorian Lilian Hills in Den Bosch. De lokroep uit Brabant roept ongenoegen op in Amsterdam. ‘De manier waarop BVV heeft gehandeld menen we als zeer onsportief te mogen kwalificeren’, schrijft het bestuur van DWS in het clubblad ‘Blauw Zwart’, zonder nadere uitleg.DWS krijgt met die opvatting bijval van het weekblad ‘Sport in Beeld/Revue der Sporten’. In dit tijdschrift wordt Charles Jackson nu een Schot genoemd, afkomstig uit Aberdeen. Die onjuiste toevoegingen moeten het betoog kennelijk kleurrijker en prikkelender maken: ‘Jackson komt uit Aberdeen, de stad waar de textielindustrie schandalige badpakken maakt, want de Schotten zijn zuinig en hoe minder stof zij te verwerken hebben, hoe liever het hen is. Ook de Schotse trainers zijn kort van stof, en als zij bij de ene club meer kunnen verdienen dan bij de andere, lopen zij weg. BVV heeft Jackson weggetroggeld uit de hoofdstad. Het DWS-bestuur is nu boos op het BVV-bestuur. Een Brabantse club ontnam een Amsterdamse haar oefenmeester en de Amsterdamse club reageerde daarop door een andere Brabantse club haar trainer af te nemen. Jackson naar Brabant, welnu, dan Wadsworth van Philips naar Amsterdam. De rivaliteit tussen hen die beneden en hen die boven de Moerdijk wonen, openbaart zich ook in de jacht op trainers, want zonder trainers is er tegenwoordig niets meer aan.’ ‘De jonge spelers moeten worden opgevoed in de leer’Als BVV in 1938 de belangrijkste werkgever van Charles Jackson wordt, is BVV al uitgegroeid tot de populairste club van Den Bosch. Het heeft eliteclub Wilhelmina overvleugeld, dat in 1931 uit de Eerste Klasse is gedegradeerd. Voor de thuiswedstrijden van BVV maakt een groeiend leger Bossche voetballiefhebbers een lange mars naar het vijf kilometer verderop gelegen sportpark Heidelust in Vught.Het aanwezige talent bij BVV inspireert Jackson. Het zuidelijke sportweekblad Marathon laat de Engelse trainer in 1947 zelf beschrijven hoe hij te werk gaat bij BVV, met spelers die vrijwel allemaal uit Den Bosch komen en van wie de meesten bij de club zijn begonnen. Jackson leidt de talenten op in het derde elftal waaruit ze de sprong naar het eerste kunnen maken. ‘Ik wist dat ik met het driebacksysteem op de goede weg was. Zeker, in het begin was het verzet heel groot, zelfs fanatiek. Ik heb steeds de meeste aandacht geschonken aan de jeugd De jonge spelers moesten worden opgevoed in de leer.’ In zijn eerste jaren bij BVV is Charles Jackson behalve trainer ook masseur/verzorger. In die rol voorziet hij de spelers ook wel eens van mysterieuze middeltjes die volgens hem de spanning wegnemen. Onder anderen doelman Dré Saris en linksbuiten Toon van Beek getuigen hier later van - zonder het woord doping in de mond te nemen. Charles Jackson is snel een autoriteit in het Brabantse voetbal, maar als de dreiging van de Tweede Wereldoorlog ook in Nederland voelbaar wordt, kiest hij voor een veilig onderdak, thuis in Engeland. Op advies van het Britse consulaat keren Jackson, zijn vrouw en hun spaniel Joffy in november 1939 op een vrachtschip vol uien terug naar het vaderland. Ze strijken neer in Greenford, even ten westen van Londen, waar Jackson aan de slag kan als gereedschapsmaker. Hij moet vliegtuigonderdelen inspecteren en preparen voor oorlogsexpedities. ‘Hogeschool-precisiewerk’, volgens zijn dochter Dawn. ‘Het engageren van trainer Jackson heeft de BVV-spelers niet weinig opgekikkerd’Begin februari 1946 keert Charles Jackson terug in Nederland. BVV heeft hem kunnen strikken met een nieuw contract, voor liefst vijf jaar. Vijf maanden eerder is hij vader geworden van Dawn. Tot ze naar de middelbare school gaat, zal het gezin in Den Bosch blijven wonen. Jackson ziet BVV terug als een bloeiende club. De kas is zo goed gevuld dat er wel een paar duizend gulden vanaf kan voor twaalf kloeke schijnwerpers zodat er ’s avonds in een ongekende zee van licht kan worden getraind. De faciliteiten zijn er, spelers blijken gerijpt, talenten ontluiken. Het is een ideale voedingsbodem voor de naoorlogse successen van BVV.Het winnen van de prestigieuze Zilveren Bal, in de finale tegen DFC (4-1), is in 1945 de eerste voorbode van naderende successen. Als Jackson een half jaar later de leiding terugkrijgt is BVV met NAC en LONGA verwikkeld in een spannende race om de titel. ‘Het engageren van trainer Jackson heeft de BVV-spelers moreel niet weinig opgekikkerd’, stelt het Provinciaal Noordbrabantsch Dagblad. De resterende reeks van elf wedstrijden start met een nederlaag bij NAC, maar vervolgens is BVV onstuitbaar. Negen overwinningen (met de doelcijfers 39-5), onderbroken door één gelijk spel bij LONGA (0-0), brengen de Bossche club naar de met NAC gedeelde eerste plaats. Dat maakt een beslissingswedstrijd noodzakelijk, die op 10 juni op het veld van LONGA in Tilburg wordt gespeeld. De confrontatie met NAC ligt gevoelig, bij zowel supporters als spelers. Na afloop van de competitiewedstrijd op 17 februari in Breda, door NAC met 2-1 gewonnen, is BVV-rechtsback Tommie Donhuijsen zelfs gearresteerd en naar het politiebureau overgebracht omdat hij een tegenstander in de maag had gestompt. Wegens mishandeling wordt hij door de rechter bestraft met een boete van 100 gulden. De KNVB schorst hem voor twee jaar. Vanwege de hevige rivaliteit tussen BVV en NAC roept de commissaris van politie in Tilburg bestuursleden en spelers van beide clubs op om zondagmiddag om half twee, een uur voor de aftrap, in hotel Riche, in de binnenstad van Tilburg, te verschijnen. Bespottelijk zo’n bevel, vindt Jackson, gesteund door het bestuur. Slecht voor het moreel bovendien, aldus Jackson. Besloten wordt om de oproep te verzwijgen voor de spelers. Ook de Rotterdamse scheidsrechter Aad van Welzenes weigert een lesje voorlichting door de politie te ondergaan. ‘Je kunt je manschappen rustig laten klaverjassen’, reageert hij op de uitnodiging van de commissaris. Op het vastgestelde tijdstip wordt BVV vertegenwoordigd door één bestuurslid. NAC is met spelers en begeleiders voltallig aanwezig. Politiecommissaris Preusting kondigt aan dat in opdracht van de procureur-generaal van het Openbaar Ministerie bij onregelmatigheden op en rond het veld direct zal worden ingegrepen door de politie en de wedstrijd zal worden gestaakt. De vermanende woorden kunnen NAC niet van slag brengen. Het sportpark van LONGA puilt uit met 20.000 toeschouwers, van wie bijna de helft uit Den Bosch, maar de Bredase ploeg blijkt het koelbloedigst en wint met 1-0. Zo dichtbij de titel is BVV nog nooit geweest, het is de springplank naar daadwerkelijk succes. In september 1946 wint BVV opnieuw de Zilveren Bal, dan na een finale tegen Heracles (4-2). ‘De Westelijke burcht wankelt. En zij zal langer wankelen dan een jaar’BVV ontwikkelt zich in de naoorlogse jaren snel tot de evenknie van PSV, Willem II en NAC. Na het allereerste kampioenschap in de Eerste Klasse in 1947, wordt een jaar later het prolongeren van de distructitel overtroffen met het landskampioenschap. Veel van de eer daarvoor gaat naar Charles Jackson. De supporters dragen hem op handen. De Engelsman is populair bij zowel regionale als landelijke journalisten, vooral omdat hij zo toegankelijk is, waarmee hij en passant reclame maakt voor zichzelf. De trainer ziet zijn pr-gedrag beloond in lovende bewoordingen en de belangstelling van andere clubs. Er wordt zo hard aan Jackson getrokken dat het bestuur van BVV het landskampioenschap aangrijpt om hem voor lange tijd vast te leggen. Bij de viering van de titel kan voorzitter Wim Pöpplein trots aankondigen dat met Jackson een nieuw contract is aangegaan. De verbintenis loopt tot media 1955, een contract voor zeven jaar!Met zo’n lang contract wekt BVV verwachtingen bij hoofdredacteur Frits van Griensven van het zuidelijk sportweekblad De Sportwereld. Volgens hem is met het succes van de Bossche club een ommekeer in de Nederlandse machtsverhoudingen ingezet. Een vooruitziende geest is dat op 14 juni 1948; in het tijdsbestek 1948-1956 zullen liefst zeven van de negen landskampioenen uit het zuiden komen. Van Griensven: ‘Jackson logenstraft de mening dat trainers van ondergeschikte betekenis zijn; hij logenstraft de mening dat ambitieuze clubtrainers grotere verdiensten hebben dan goede buitenlandse trainers. Deze Bossche Engelsman heeft BVV gebracht op de hoogte waarop het zich nu bevindt. Hij zoekt het goede materieel, instrueert de techniek en stelt het tactische plan op. Hij had verschillende jaren nodig om zijn ideeën te laten doorwerken. Maar hij heeft dit bereikt: het aanzien van de trainers is er door gestegen ondanks het geklungel van een aantal zijner collega’s, die naar Nederland kwamen omdat zij in Engeland waren uitgewerkt en feitelijk aan de grond zaten. Jackson verstaat het vak! Hij heeft de ingeboren kwaliteiten van de zuidelijke voetballers herkend: enthousiasme en snelheid. Steunend op een technisch en tactisch fundament kunnen de Zuid-Nederlanders voetbal spelen dat sterker en aantrekkelijker is dan het koud-nuchtere en flegmatische voetbal dat wij vaak van de beste Westelijke clubs zien. BVV heeft dank zij de intellectuele inslag die Jackson spon, een begin gemaakt met de ondermijning van de Westelijke superioriteit. Laten de andere Zuiderlingen van zijn voorbeeld profijt trekken. De Westelijke burcht wankelt. En zij zal langer wankelen dan een jaar…’ Rode draad in veel loftuitingen vormt het stopperspil-systeem, naast de discipline waaraan Jackson nadrukkelijk hecht. De speelwijze wordt verdedigend genoemd en bij toepassing door BVV ook wel als ‘de bril’ aangemerkt. Het is afgeleid van de uitdrukkiing ‘brilstand’ voor een doelpuntloos gelijkspel, wat ook wel eens als specialisme van BVV wordt getypeerd. De doctrine van Charles Jackson. In het sportweekblad Marathon schrijft Jan Wintraecken: ‘Jackson is een Brit. Hij is keurig gekleed, heeft ’n ietwat scherpe stem en kent het klappen van de voetbalzweep. Je proeft aan het spel dat BVV demonstreert dat er ’n Engelse kok aan het werk is. Er werd gecombineerd, niet volgens regel 26 van het „Beknopt leerboek van het voetbalspel”, maar wel in vele variaties gebouwd op inzicht en fantasie, snedig en bijna geestig.’ ‘Wie liever lummelt, kan net zo goed ineens naar huis gaan’Het dagblad Het Vrije Volk schetst op 16 september 1950 uitvoerig hoe Jackson vanaf zijn komst naar BVV te werk is gegaan: ‘BVV is een club van over het algemeen zeer bescheiden jongens. Maar voetballen kunnen ze! Daarvoor heeft trainer Jackson wel gezorgd. Sedert 1920 speelde BVV al in de Eerste Klasse, doch een positie van enige betekenis nam het daarbij niet in. De spelers waren te egoïstisch en daarom bleef het succes uit. Alleen als de BVV’ers van toen voor hete vuren werden gesteld, dan wisten ze wat er van hen gevraagd werd. Dan werd er gevoetbald en menig puntje moesten de kampioensploegen van toen op Heidelust achterlaten. Het heeft lang geduurd voordat er iemand kwam die het beestje bij de juiste naam durfde te noemen. Dat was trainer Jackson. Tijdens de eerste onderhandelingen, toen deze Engelsman eens een kijkje kwam nemen op het knusse voetbalveldje op de grens van Den Bosch, maar op Vughts grondgebied, moet hij zoiets gezegd hebben van: “Nou, veel zaaks is het niet. De jongens zullen het met mij niet gemakkelijk hebben, maar ik wil het proberen.” Toen kwam de man met de traditioneel geworden lederen jas op het BVV-terrein zijn eerste oefeningen leiden. Zonder blikken of blozen legde hij al die “wilde duivels" zijn wil op en begon met de invoering van het stopperspil-systeem. Dat was opnieuw een revolutie, want nog geen enkele ploeg in het zuiden had het in zijn hoofd gehaald om dit “rare spelletje" te gaan spelen. “Goed", zei Jackson, „graag of niet. Ik ben van mening dat we dit systeem moeten gaan spelen. Willen jullie dat niet, even goede vrienden, maar zoek dan alsjeblief een ander voor mij!" Dat waren krasse woorden en de BVV’ers kropen in hun schulp. Jackson bleef en BVV ging stopperen. En nu? Nu wordt BVV overal geëerd omdat het dit systeem zo goed speelt.’Een jaar later doet Het Vrije Volk er een schep bovenop: ‘Toen Jackson in 1934 bij BVV kwam, waren zijn eerste woorden: „Hier is iets goeds van te maken, maar geef me de vrijheid die ik nodig heb. Toen kwam er een donderspeech op de eerste training. „Ik ben hier de baas. Wie goed en geconcentreerd mee wil trainen, kan aan de gang. Wie liever lummelt, kan net zo goed ineens naar huis gaan. Aan dergelijke voetballers hebben we toch niets!’ Daar konden ze het mee doen. Niemand wilde lummelen. Men wilde voetballen. Jackson bleef en bouwde een technisch uitstekend onderlegde ploeg op. Een ploeg, die naam heeft gemaakt en door zijn uitstekende spelopvattingen lange tijd als één der beste clubs van het land werd genoemd.’ ‘Wie een vuist wil maken moet een hand hebben’Zes spelers van BVV halen in het tijdvak 1948-1953 het Nederlands elftal, voor allen blijkt de carrière in Oranje van relatief korte duur. Alle zes prijzen hun leven lang hartstochtelijk ‘d’n Jack’ - zo nadrukkelijk heeft hij een rol gespeeld in hun ontwikkeling als voetballer. In het Brabants Dagblad van 13 juni 1998 kijken Kees Krijgh, Piet van Overbeek, Dré Saris, Cor Huijbregts en Max van Beurden liefdevol terug op hun jaren onder de tucht van Jackson. Van het halve dozijn BVV-internationals is dan alleen Piet van der Sluijs (1918-1990) al overleden.De herinneringen van de BVV-spelers aan hun trainer schetsen een kleurrijk beeld van hun club én Oranje aan het eind van de jaren veertig, begin jaren vijftig. ‘Wij waren toonaangevend met het stopperspil-systeem. Na de bevrijding gingen de meeste clubs daarop over. BVV speelde het systeem al voor de Tweede Wereldoorlog en tijdens de hele bezetting. Dat was ons voordeel’, zegt middenvelder Jan Remmers (1922-2013). Remmers wordt geen international, maar als trainer laat hij zich wel leiden door de inspiratie van Jackson. Zowel NEC als FC Den Bosch promoveert onder Remmers naar de Eredivisie. Dré Saris (1921-2005), eenmalig international, is keeper in de gloriejaren van BVV: ‘Wij hadden de spelers om dat systeem te spelen. En je weet: wie een vuist wil maken, moet een hand hebben.’ Dré Saris herinnert zich ook nog dat Jackson in de gaten kreeg dat zijn keeper niet goed en regelmatig genoeg at. ‘Ik moest vanaf die dag elke middag bij hem thuis komen eten.’ In het systeem van BVV is de kleine Kees Krijgh (1921-2007), krap 1.70 meter, de stopperspil die ook in de lucht zijn mannetje staat. Veel liever dan in Oranje speelt hij bij zijn club. ‘BVV was eigen, dat speelde lekkerder.’ Piet van Overbeek (1926-2004), de grootvader van Anthony Lurling, wijst op een variant die Jackson aan het stopperspil-systeem toevoegde: ‘Het halve maan-systeem: de rechts- en linksbuiten speelden diep, de binnenspelers waren teruggetrokken, de spits nog meer.’ ‘Van Jackson kreeg ik te horen dat ik Coen Moulijn meteen stevig moest aanpakken’Als het resultaat daarom vraagt, geneert Charles Jackson zich voor geen enkel middel. Hij draagt zijn spelers steeds op geen tackle te schuwen om tot resultaten te komen. Die order staat in contrast met het beeld dat voor de Tweede Wereldoorlog van hem is geschetst als hoeder van schoon voetbal. Nees Kerssens (1930), een bikkelharde rechtsback in de jaren dat BVV in de Eredivisie en Eerste Divisie speelt, kan daar smeuïg over vertellen: ‘Als ik tegen Coen Moulijn moest spelen, kreeg ik van Jackson altijd te horen dat ik hem meteen in het begin moest aanpakken met een stevige tackle. In die tijd kon dat makkelijk, de gele kaart bestond nog niet. Dat leverde je dan wel een hels fluitconcert op in de Kuip, maar Coentje zag je in die wedstrijd dikwijls niet meer terug. Ik genoot er als voetballer van om gevaarlijke tegenstanders uit te schakelen.’Nees Kerssens heeft altijd gehoorzaamd aan de opdrachten van zijn trainer, ook in de tijd dat alleen geblesseerde spelers vervangen mogen worden. ‘Jackson gaf van de kant een seintje als er gewisseld moest worden. Dan simuleerde je een blessure, je ging na een duel op de grond liggen en sukkelde naar de kant. Je mankeerde niks, maar je deed het. Als je het niet deed, stond je er de volgende wedstrijd naast. De afspraak was duidelijk, maar moest wekelijks herhaald worden. Want er ging regelmatig een jongen van het tweede mee, die de regel niet kende. Als het er dan een was die niet zo snugger was, was je de lul. Jackson moest er steeds op hameren. Uit tegen HVC speelden we met iemand uit het tweede, 'de rooie Piet'. Die moest eraf, werd van de kant geseind. Dus die liep naar de scheidsrechter om te zeggen dat hij er af ging. Nou, toen mocht er dus geen invaller het veld in, hebben we verder gespeeld met tien man.’ In De Vliert vergrijzen de kampioenen en stagneert de aanwasZulke streken van Jackson blijven onbesproken in de jaren veertig en vijftig, zelfs bij gezaghebbende journalisten als ir. Ad van Emmenes. ‘Jackson is een van de allerbeste in ons landje werkzame trainers’, roemt hij als kroniekschrijver ‘Van Eetje’ in het weekblad Sportief de trainer van BVV na de verhuizing in 1951 naar het gloednieuwe stadion De Vliert in Den Bosch. Na 42 jaar in Vught te hebben gespeeld, is BVV terug in de geboortestad, in een stadion met 30.000 plaatsen, naar grootte op dat moment het derde in Nederland. In deze entourage droomt Charles Jackson van nieuwe successen met BVV.In De Vliert zal Jackson met BVV geen nieuwe titels mogen vieren. Met Jackson als animator loopt de Bossche club in 1954 wel voorop in de strijd om ook in Nederland betaald voetbal in te voeren. Maar in het weidse stadion, met sintelbaan en betonnen tribunes, verflauwt gaandeweg de fanatieke steun van de eigen aanhang waardoor tegenstanders op het intieme Heidelust vaak van streek raakten. BVV krijgt bovendien te kampen met financiële problemen. Jackson klaagt in 1955 zijn nood bij stadgenoot Wilhelmina. Hij laat weten dat BVV hem al 14 weken geen salaris heeft betaald. Voor 12.000 gulden per jaar wil hij graag Wilhelmina gaan trainen. Wilhelmina reageert geïnteresseerd, maar een maand later al meldt Jackson dat hij inmiddels 10 weken salaris heeft ontvangen en daarmee vast blijft zitten aan zijn contract. Jackson lukt het vervolgens nog wel om met BVV in 1956 een plaats te bemachtigen in de nieuw ingevoerde Eredivisie. Maar de kampioenen van 1948 vergrijzen, de aanwas stagneert, de prestaties lopen terug, de toeschouwersaantallen slinken. Tot medio 1958 handhaaft BVV zich op het hoogste niveau. Na 38 jaar komt daaraan een einde. BVV probeert zich nog te redden door alle macht over het eerste elftal bij Jackson neer te leggen en het invoeren van middag-trainingen. Zelfs een premie van duizend gulden de man kan degradatie niet voorkomen. Machteloos ziet Jackson toe hoe BVV kansloos met ruime achterstand op de laatste plaatst eindigt in de Eredivisie. De degradatie knaagt aan het krediet van Jackson. Niet langer blijkt zijn wil ook wet. Na zes ronden in de Eerste Divisie, met vijf nederlagen, grijpt het bestuur in. Jackson mag niet langer alleen de opstelling bepalen, hij moet zijn zeggenschap delen met een vierkoppige elftalcommissie. De onrust is tastbaar binnen een groot deel van de vereniging, met name ook binnen het bestuur, dat verdeeld raakt. ‘BVV is niet meer de Bossche Voetbal Vereniging, maar de Bossche Vluister-Vereniging’De trots van Charles Jackson houdt hem op de been. Hij weigert te zwichten voor de kritiek. Het gerommel binnen BVV inspireert hem zelfs tot een ongewone actie. Op 30 oktober 1958 slaat Jackson terug via Het Huisgezin, zoals het Brabants Dagblad dan nog heet. In de krant, die hem een half eerder ‘dictator’ heeft genoemd, bijt Jackson fel van zich af - ongebruikelijk openhartig in die tijd.‘Het bestuur heeft zich te veel met het voetbaltechnische bemoeid. In de gloriejaren van BVV kon ik ongehinderd mijn gang gaan. Na de invoering van het profvoetbal is het bestuur zich er mee gaan bemoeien. Mijn adviezen over spelersaankopen werden terzijde gelegd. De gevolgen zijn bekend. Door de vele miskopen en omdat de jeugdige spelers nog niet rijp zijn voor het profvoetbal of nog ervaring missen, is de kwaliteit van het elftal sterk teruggelopen. Het bestuur moet zich niet bemoeien met het voetbaltechnische of de opstelling van het elftal’, fulmineert Jackson. Hoewel Jackson in zijn tientallen Nederlandse jaren altijd gebrekkig Nederlands is blijven spreken, weet hij zijn kritiek te illustreren met een taalkundige vondst. ‘Al verschillende jaren is BVV niet meer de Bossche Voetbal Vereniging, maar de ‘”Bossche Vluister-Vereniging”. De supporters fluisteren, de spelers fluisteren en de bestuursleden fluisteren’, constateert Jackson. De geheimzinnige opmerkingen van Jackson in 1958 worden gemarkeerd door twee omkoopzaken rond BVV waarbij Jackson buiten schot blijft. Intern krijgt de trainer te maken met onenigheid binnen het bestuur. Vier leden - onder wie zijn oud-spelers Harrie Weber en Jan van Liempt - dringen tevergeefs op zijn ontslag aan, maar met de afgetreden voorzitter Pöpplein raakt Jackson wel een trouwe steunpilaar (vanaf 1938!) kwijt. De vrije val waarmee BVV in 1958 in de Eerste Divisie begint, kan nog worden gekeerd. BVV lijkt klaar om het verloren terrein terug te winnen. Vanuit de middenmoot in 1959 leidt Jackson zijn team een jaar later naar de vierde plaats. Mevrouw Jackson is dan al terug in Engeland omdat de schoolopleiding van dochter Dawn voorrang verdient. Dat belet Jackson niet om in maart 1960 een nieuw contract voor twee jaar te tekenen. Zijn hart als voetbaltrainer ligt bij BVV, licht hij toe in het Brabants Dagblad: ‘Een fout van mij is dat ik clubman ben geworden. BVV is een stuk van mijn leven geworden. Verschillende contracten, waardoor ik meer kon verdienen, heb ik in het verleden afgewezen. Zo ligt het ook nu. Want BVV is momenteel geen rijke vereniging. Maar ik werk er nu prettiger dan ik in de laatste vijf jaar heb gedaan.’ Voor de buitenwacht komt de scheiding even onverwacht als abruptEen half jaar later komt het dan toch tot een breuk, ruim 26 jaar na zijn eerste stappen op het trainingsveld van BVV, meer dan 31 jaar na zijn komst naar Nederland. De verhouding tussen spelers en Jackson blijkt te zeer verkild, de generatiekloof tussen de 60-jarige trainer en de nieuwe lichting spelers is te breed geworden. Voor de buitenwacht is het een even onverwachte als abrupte scheiding, zo vroeg in het seizoen, na zo’n lang huwelijk, in een tijdsbestek dat clubs en trainers slechts bij hoge uitzondering tussentijds uit elkaar gaan.Na de 2-1 nederlaag bij AGOVV in de vijfde competitieronde is BVV afgezakt naar de vijftiende plaats in de eerste divisie A. Op dinsdagavond 27 september 1960 krijgen de spelers te horen dat Jackson voorgoed terugkeert naar Engeland. Zijn vrouw en 15-jarige dochter kunnen niet langer zonder hem, wordt als verklaring gegeven. ‘Ik denk dat er twee zaken samen kwamen. De thuissituatie in Engeland en de positie van Jackson binnen BVV. Hij was gewend aan successen, aan de tijd dat BVV meetelde in de top van Nederland. Hij kon daar steeds moeilijker mee omgaan en merkte ook dat hij met spelers te maken kreeg die niet alles slikten’, vertelt Wim van Helvoort (1938-2022) later. Hij is een van de jongeren die wel eens van zich afbijten. ‘Jackson was een goede trainer. Hij wist waar hij het over had, maar hij had wel erg weinig sociale kwaliteiten. Een dictator was het, echt iemand van de oude school. Hij zag niet in dat de tijden veranderden, dat er nieuwe generaties spelers kwamen. Hij kon het niet hebben dat je hem tegensprak „Ga you naar house, ik wil je niet meer heb”, zei hij op een gegeven moment tegen mij. „Leer maar eens Nederlands, zei ik toen tegen hem.” Dat was helemaal tegen het zere been.’ ‘Jackson voelde zich ook wel de oudste zoon van Onze Lieve Heer. Vooral de jongeren kregen daar moeite mee’, vult Sjef Weber (1937) aan. Hij komt uit de ‘Jackson-school’ op zaterdagmiddag, speciaal voor talentvolle jeugdspelers. Via het derde elftal, het ‘opleidingselftal, is Weber doorgedrongen tot het eerste. Hij herinnert zich nog hoezeer de breuk met BVV sentimenten losmaakt bij Jackson, ontroerd zoals ze hem nooit eerder hebben gezien. ‘We werden bij elkaar geroepen in een klein hokje. Daar nam de voorzitter, Ferdinand van den Eerenbeemt, het woord. Jackson stond er bij, hij kreeg tranen in zijn ogen. Toen merkten we wat het hem deed.’ Van Helvoort: ‘Van den Eerenbeemt was een heel sociale man. Hij was kerkmeester in de parochie waar ik misdienaar ben geweest. Daar kende ik hem al van, ik had bij hem al eens mijn beklag gedaan over Jackson. Toen zijn we met zijn drieën aan tafel gaan zitten en heeft Jackson zijn houding toch wel wat aangepast. Op een gegeven moment was het dan toch tijd dat hij wegging. Die laatste avond nam hij me nog apart. „Jij goed voetballer, maar moet weten dat iemand de leiding heeft. Goed nadenken, daarover”, zei hij toen.’ Enkele dagen na het vertrek van Charles Jackson legt Toon van Beek, linksbuiten in de gloriejaren van BVV, in het Brabants Dagblad bloot dat de houdbaarheidsdatum inderdaad verstreken was. Van Beek neemt als assistent-trainer de taken over van Jackson. ‘Mijn bedoeling is de jongens meer zelfstandigheid tijdens de wedstrijd te geven. Ze moeten tot eigen initiatieven komen, geen star systeem, maar fris aanvalsspel’, zegt Van Beek. Méér duiding tekent het Brabants Dagblad niet op uit zijn mond. Terug in Engeland telt de Nederlandse reputatie nietHet vertrek van Charles Jackson verschijnt in alle kranten en sporttijdschriften, zonder dat op de achtergronden wordt ingegaan. Terug in Engeland telt de Nederlandse reputatie van Jackson als voetbaltrainer niet. Hij is 60 jaar en verdwijnt in de anonimiteit. Pas vier jaar later ziet BVV hem terug. Jackson is dan actief als manager van Windsor & Eton FC. Het is een prestigieuze club, de enige Britse voetbalclub die mag pronken met het koninklijke beschermheerschap. Windsor & Eton FC, gevestigd in Windsor, speelt in een lagere Engelse competitie, nog beneden het niveau van de Vierde Divisie. Met Windsor & Eton FC komt Jackson in 1964 voor een vriendschappelijke wedstrijd naar Den Bosch. De discipelen van Jackson blijken veel te zwak voor BVV, dat dan net kansloos is gedegradeerd naar de Tweede Divisie: 6-2. In 2011 kan de koninklijke status Jackson’s laatste club niet behoeden voor een faillissement. Onder de naam Windsor FC volgt nog wel een doorstart.Hoe lang Jackson tot aan zijn dood in 1967 nog met voetbal doende is geweest, kan Dawn Peer-Jackson zich niet herinneren. ‘Ja, ik geloof inderdaad dat mijn vader betrokken was bij Windsor & Eton FC. Dat is maar voor korte tijd het geval geweest, op parttime basis. Voor zover ik weet, is hij tot aan zijn dood in het voetbal actief gebleven. Hoe? Waar? Helaas, dat weet ik niet meer.’ | 67 |
Thys Burgerhof e.a., 75 jaar voetbal wel en wee van BVV (1981) 39
Henk Mees, De vergeten kampioen : BVV in 1948 (2024) 6, 21, 32, 67-84, 87, 88, 90, 91, 96, 98, 99, 110, 112, 114, 123, 124, 143, 145, 146, 148, 152, 166, 167, 174, 177, 183, 185, 188, 189, 191, 193, 198, 202, 203, 205, 211, 216, 217, 219, 224, 245, 248, 249